Belgische onderzoekers werken mee aan nieuwe behandeling voor ziekte van Crohn
Een groep Belgische onderzoekers van het Imeldaziekenhuis in Bonheiden heeft meegewerkt aan de ontwikkeling van een nieuwe behandelingsstrategie voor de ziekte van Crohn. Hun experiment maakte deel uit van een grootschalig internationaal onderzoek (de CALM-studie), waarvan de resultaten onlangs gepubliceerd werden in het medische tijdschrift ‘The Lancet’.
De ziekte van Crohn is een aandoening van het spijsverteringstelsel waarbij het immuunsysteem de darm aanvalt. Patiënten lijden aan symptomen zoals buikpijn, diarree en bloedverlies, klachten die een intensieve behandeling vragen op lange termijn. De ziekte wordt meestal ontwikkeld tussen de leeftijd van 20 en 30 jaar en in België zijn er 25.000 mensen die eraan lijden.
Er bestaan echter een beperkt aantal behandelingen voor de ziekte, zoals cortisone, immunosuppresiva en biologicals, die tot nog toe werden toegediend via een standaardbehandeling. De recente internationale studie onderzocht of een target-to-target behandelingsstrategie niet beter zou werken: dat is een strategie waarbij de patiënt niet alleen behandeld wordt op basis van de symptomen, maar ook op basis van ontstekingsparameters in het bloed en de stoelgang. Bovendien wordt de therapie ook bijgestuurd, zelfs wanneer de patiënt klachtenvrij is. Hoewel de behandeling intensiever is, is ze niet duurder en treden er geen extra neveneffecten of complicaties op.
Uit deze internationale studie blijkt dus dat patiënten die behandeld worden op basis van de target-to-target strategie het na een jaar opvallend beter doen dan patiënten die behandeld worden aan de hand van de standaardstrategie. Bovendien gaat het niet om nieuwe medicatie, maar slechts om een nieuwe toedieningstrategie, waardoor de verandering in het bestaande beleid bij de ziekte van Crohn snel doorgevoerd kan worden.
Aan het onderzoek namen 74 ziekenhuizen deel, uit 22 verschillende landen, maar toch was het Imeldaziekenhuis uit Bonheiden een van de leidende centra van dit onderzoek. De studie werd er geleid door de onderzoekers van de IBD (Inflammatory Bowel Disease)-kliniek onder leiding van Dr. Peter Bossuyt.