Belgisch controlecentrum schuift donder- en bliksemjager ASIM eindje op
ASIM bestudeert elektrische activiteit op grote hoogte boven onweersbuien. De 314 kg nuttige lading buiten op de Columbus-module, het Europese ruimtelaboratorium van het Internationaal Ruimtestation (ISS), moet nu opschuiven voor een nieuw NASA-experiment. Een technisch ingewikkelde klus.
In april 2018 werd ASIM geïnstalleerd op de Columbus-module. Aanvankelijk zou de missie in 2020 aflopen, maar gezien de topprestaties van de instrumenten en de uitstekende wetenschappelijke publicaties in vakbladen als Science en Nature werd ze met twee jaar verlengd. Nu gaat een Amerikaans experiment het platform van ASIM innemen, waardoor dit moet verkassen naar het zogeheten nadir (*)-observatieplatform van de Columbus. Onder het toezicht van het Belgische controlecentrum (B.USOC) moet in vier uur tijd de robotarm Canadarm2 op het ISS de sensoren van de instrumenten met 90° heroriënteren naar het aardoppervlak, zodat ASIM de onweersbuien kan blijven monitoren. Een donders delicaat werkje, dat B.USOC negen maanden lang heeft voorbereid in samenwerking met meerdere ingenieursteams in heel Europa.
(*) denkbeeldig laagste punt in de ruimte, recht onder de waarnemer en tegenover het zenit