Een archeologische vondst in Habay-la-Vieille
Vals spelen is van alle tijden. In de Gallo-Romeinse villa Mageroy in Habay-la-Vieille, provincie Luxemburg, ontdekten archeologen een met kwik gevulde dobbelsteen. Een primeur in de geschiedenis van de oudheid.
Het is al wel ruim 20 jaar geleden, maar dat maakt de vondst er niet minder spectaculair om. De jonge amateurarcheoloog Julien Minet haalde tot zijn eigen stomme verbazing uit een stortplaats van de villa in Habay-la-Vieille een kubusje van bot. Toen hij het verwijderde, merkte hij dat het uiteenviel in drie stukken en er binnenin kwik zat. Het bleek een vervalste dobbelsteen te zijn.
Daar bleef het bij. Tot nu. Het artefact werd in bewaring gegeven bij het archeologisch museum van Aarlen. Onlangs kreeg het de Belgische archeoloog Thomas Daniaux over de vloer, die in het kader van zijn proefschrift over gezelschapsspellen uit de Gallo-Romeinse periode de getrukeerde teerling mocht inspekteren. Zijn onderzoek sloot aan bij het project Locus Ludi van de universiteit van Freiburg, over de speelcultuur in het Middellandse Zeebekken in de oudheid. Het gaat hier om een uniek exemplaar in zijn soort, nooit eerder gezien.
Gokken was destijds een favoriet tijdverdrijf in alle lagen van de bevolking blijkbaar. Lood als trucje om te vervalsen was al bekend, kwik was in dat opzicht gloednieuw. Hoe gaat het nu in zijn werk? Kwik is vloeibaar en zwaar. Je kan het goedje laten afvloeien naar die zijde van de dobbelsteen tegenover die met het gewenste aantal ogen. Mooi uitgekiend, nietwaar?