Unesco-erkenning voor de Belgische beiaardcultuur
Unesco heeft eind november 2014 de Belgische beiaardcultuur erkend als een ‘beste praktijk in het beschermen van immaterieel cultureel erfgoed’. Dat is een belangrijke internationale erkenning voor de Belgische beiaardiers en al wie zich inzet voor de beiaardcultuur in België.
Het dossier uit België was het enige dat door de strenge selectieprocedure van het ‘Intergovernmental Committee for the Safeguarding of the Intangible Cultural Heritage’ van Unesco geraakte. Het comité vergaderde van 24 tot 28 november 2014 in Parijs onder het voorzitterschap van Peru.
De erkenning omvat zowel het beiaardrepertoire, de opleidingen, de concerttradities als de verhalen rond beiaardmuziek. Unesco waardeert de jarenlange ervaringen en acties in België voor het doorgeven en ontwikkelen van de beiaardcultuur. De organisatie roemt ze als ‘een voorbeeld voor erfgoedgemeenschappen overal ter wereld’.
Een beiaard, carillon of klokkenspel is een muziekinstrument dat bestaat uit ten minste 23 gegoten bronzen klokken die men samen harmonisch kan laten luiden. Meestal bevindt het instrument zich in een toren. Het wordt zowel bespeeld met een klavier, met houten stokken en pedalen die zijn aangesloten op klepels, als door een automatisch speelwerk. De beiaard is het zwaarste van alle bestaande muziekinstrumenten: bij de grootste exemplaren kan het gewicht van de klokken alleen al oplopen tot 100 ton. België telt 86 beiaarden.
De beiaard is ontstaan rond 1500 in de Zuidelijke Nederlanden (het gebied dat nu grotendeels België vormt) en is het oudste muzikale massamedium uit de geschiedenis. De voorbije 100 jaar hebben beiaardiers dit unieke muzikale erfgoed steeds trachten te vernieuwen, waardoor het nog steeds de atmosfeer van tientallen Belgische steden en gemeenten kleurt. De Belgische beiaardcultuur tracht een evenwicht te bewaren tussen deze vernieuwende initiatieven en het respect voor de historische rol van de beiaard.