Wist u dat de Marsupilami het enige eierleggend dier met een navel is?

In de zomer van 1952 ontdekken Robbedoes en Kwabbernoot het woud van Palombië, een fictief land in het noordwesten van Zuid-Amerika. Daar staan beide vrienden plots oog in oog met de Marsupilami, een vierhandig en reuzensterk dier, geel met zwarte stippen en met een enorme grijpstaart.

Uit de recente geschiedenis blijkt dat de ontdekking van onbekende grote diersoorten niet uit de lucht is gegrepen: de okapi, door de wetenschap ontdekt in 1901, de coelacant (1965), een voorhistorische vis die men uitgestorven waande of de saola, de wilde geit uit de Vietnamese bergen, ontdekt in 1992.

De crytozoölogie, de wetenschap van verborgen dieren met Bernard Heuvelmans als grondlegger in de jaren ’50, inspireerde onze bekendste stripauteurs: in 1952 Franquin in Robbedoes en de Erfgenamen (eerste rol voor Marsupilami) en in 1958 Hergé, wanneer Kuifje de yeti ontmoet.

Van nevenfiguur groeit het merkwaardige dier vanaf 1987 (De staart van de Marsupilami) uit tot de held van zijn eigen succesrijke avonturen, met 600.000 verkochte albums. En de latere spin-offs: op het witte doek (In het spoor van de Marsupilami van Alain Chabat uit 2012), in tv-series, animatiefilms, als speelgoed … in Charleroi en Westende kreeg het zelfs een standbeeld.