Wist u dat eind 19e eeuw België stevig voet aan de grond had in de Oekraïense Donbas-regio?

12/05/2022

Eind 19e eeuw had België een gevestigde reputatie opgebouwd op het vlak van mijnbouw, zware industrie en de aanleg van spoorwegen. Die reikte zelfs tot in het Russische tsarenrijk. Met name in de thans zwaar geteisterde Donbas-regio in oostelijk Oekraïne klonk de naam België als een klok.

Tussen 1853 en 1856 woedde hoofdzakelijk op het Krimschiereiland een conflict tussen Rusland enerzijds en een alliantie van Frankrijk, het Britse Rijk, het Ottomaanse Rijk en Sardinië anderzijds. Deze zogeheten Krimoorlog ging de geschiedenis in als ‘de eerste industriële of eerste moderne oorlog’. Wie over de meest geavanceerde technologie en de beste oorlogsindustrie beschikte, zou als overwinnaar uit de bus komen. De alliantie dus, met de toenmalige industriegigant Groot-Brittannië op kop.

Groot in trams, steenkool, staal, glas en chemie

Als klein neutraal land genoot België met zijn industriële voortrekkersrol in de ogen van Rusland een bevoorrechte positie ten opzichte van de Britten. De Russische tsaren lonkten vanaf 1860 naar de knowhow en het kapitaal van Belgische investeerders, ondernemers, geschoolde arbeiders en vaklui. Ze nodigden hen uit de industrie in Sint-Petersburg en de Baltische provincies te komen uitbreiden. Vanaf 1880 richtten onze landgenoten hun blik naar de toenmalige provincie Jekaterinoslav, in het zuidoosten van Oekraïne. In de huidige hoofdplaats, Dnipro, legden ze toen de eerste tramlijn aan. Het zwaartepunt lag echter helemaal in het oosten, in de Donbas. In die landstreek waren liefst 133 van de 227 Belgische bedrijven in Rusland actief, in de steenkoolmijnen, staal-, glasindustrie en de chemie. Eind 19e eeuw telde het jonge België nog negen provincies, maar de ruim 10.000 landgenoten in de Donbas – meer dan in Kongo-Vrijstaat - leverde de regio weleens de bijnaam ‘onze tiende provincie’ op.

Herkenbaar erfgoed van bij ons

Bepaalde gebouwen in de stad Lisitsjansk ademen een Belgische sfeer. Zoals de directeurswoning van de oude sodafabriek die Ernest Solvay er in 1892 oprichtte. Jarenlang was er een sanatorium in ondergebracht. Of de woonwijken met de bescheiden citéhuisjes voor de fabrieksarbeiders, de iets grotere woningen voor de opzichters en de prachtige villa’s voor de ingenieurs en directeurs. Tot voor kort kregen in een thans beschermd gebouw de leerlingen van het gymnasium onderwijs. Het ging door voor een van de middelbare scholen met de beste faam in Oekraïne. Je zou je op de site zo in de Waalse steenkoolbekkens wanen, met die typische baksteen van bij ons. Hopelijk zal dat nog héél lang zo blijven …