Vossenplein vs Place Jeu de Balle

20/06/2024

Op 16 mei 2024 publiceerden we een Wist-je-datje over vertaalperikelen rond tweetalige straatnamen in Brussel. In de oude volksbuurt Marollen wordt dagelijks een vlooienmarkt gehouden, op het Vossenplein. Waar komt de naam Vossenplein vandaan en waarom heet datzelfde plein in het Frans place Jeu de Balle? 

Geen bezoek aan Brussel is volledig zonder een verkenning van de volkse Marollenwijk. Ze ligt in de punt van de zogeheten Vijfhoek, de hartvormige Brusselse binnenstad, grofweg tussen de Hallepoort, het baanvak Brussel-Zuid/Brussel-Kapellekerk op de Noord-Zuidspoorverbinding, de Zavel en het Justitiepaleis. Er woonden in de middeleeuwen overwegend ambachtslui, vooral rond de Kapellekerk, die buiten de eerste stadswal uit de 13e eeuw lag. Ze mochten overdag wel binnen om te gaan werken maar wanneer de avondklok luidde moesten ze onverbiddelijk terug naar buiten. Dat zorgde voor wrevel en gekrakeel. Zelfs nadat in de 14e eeuw hun wijk werd opgenomen binnen de tweede stadswal, het traject van de huidige kleine ring, nam het ongenoegen niet af. In de 19e eeuw veranderde het aanzicht van de Marollen ingrijpend door grote stedenbouwkundige projecten enerzijds en de bouw van fabrieken, ateliers en beluiken langs een wirwar van doodlopende steegjes anderzijds. 

Sinds mensenheugenis vind je er de Vossenstraat, bij de Brusselaars beter bekend als de Vossestroet. Een officieuze naam, want officiële waren er destijds nog niet. Ooit stond daar op de hoek met de Hoogstraat de kroeg In den Vos. Of de kroeg naar de straat is vernoemd of omgekeerd, is onzeker. Het was de enige toegangsweg naar de Société du Renard (Frans voor ‘vos’), de metaalfabriek uit 1837 op het huidige Vossenplein waar machines en locomotieven werden gemaakt. Of in ieder geval één locomotief: de Saint-Michel, die de stoomlocomotief Stephenson van de gelijknamige Britse uitvinder naar de kroon stak. Maar de concurrentie uit industriestad Luik deed Société Renard in 1844 al de das om. In 1854 liet schepen van Openbare Werken Auguste Blaes (°1809-†1855) een nieuwe straat en een plein aanleggen. Als huldebetoon – Blaes overleed vóór de voltooiing van zijn saneringsproject in 1863 – kreeg de straat zijn naam. Het plein werd vooral bestemd voor het kaatsspel of balle pelote. In het Brussels bleef het bekend als het Vosseplaain, in het Frans ging het in die 19e eeuw place du Jeu de Balle heten.   

In 150 jaar heeft het plein een trits Nederlands- én Franstalige benamingen bijeengesprokkeld. Naast respectievelijk het officiële Vossenplein en place Jeu de Balle spreken we van Kaatsspelplaats, een oude vertaling die herinnert aan zijn oorspronkelijke functie. Of van Den  Met (= Oude Markt) of Le Vieux Marché, de Loeizemet (= Luizenmarkt) of Marché aux Puces, als verwijzing naar de rommelmarkt die hier sinds 1873 wordt gehouden. De laatste is wel de leukste: Hirsch par Terre. Hirsch was een winkel van luxeartikelen in de Brusselse Nieuwstraat. Hier lag Hirsch gewoon op de grond … Brusselse ironie ten top.