Internationale Paardenprocessie van Hakendover Vlaams Immaterieel Cultureel Erfgoed

20/04/2023

Al eeuwen trekt elk jaar op paasmaandag - weer of geen weer - een bonte processie door de straten en akkers rond de Tiense deelgemeente Hakendover. Aanvankelijk een zuiver religieus gebeuren, nu een volkse en feestelijke optocht met een verbindend karakter voor jong en oud van welke afkomst, gezindte, politieke kleur … dan ook.

Om en nabij 20.000 enthousiaste ruiters, paarden, beelden, figuranten, schoolkinderen, verenigingen, fanfares, pelgrims, dagjesmensen en toeristen uit alle hoeken van België en zelfs van over de landsgrenzen zakken op paasmaandag af naar het Vlaams-Brabantse Hakendover, voor de processie die haar oorsprong vindt in de 7e-eeuwse ontstaanslegende van de Kerk van de Goddelijke Zaligmaker. Drie vrome adellijke maagden leefden als kluizenaarsters in de buurt. Ze wilden met hun fortuin een kerk laten bouwen, maar meteen bleek dat de locatie God niet bekoorde: wat de werkmannen overdag bouwden, werd ’s nachts door engelen weer vernield. De wanhoop nabij smeekten de maagden om een duidelijk teken. De dertiende dag na het feest van Driekoningen, hartje winter dus, zond God een engel die hen door het dikbesneeuwde landschap leidde naar een plekje waar een spikdoorn of hagedoorn - de plaatsnaam Hakendover zou daarvan zijn afgeleid - in volle bloei stond. Op een tak van de heester zat een vogel met een tekstrol in de bek, waarop in vergulde letters geschreven was dat daar een kerk voor de Salvator Mundi, de Zaligmaker van de Wereld, moest worden opgericht. De plattegrond van de kerk was al met gouddraad afgespannen en waar de spikdoorn stond, staat nu het hoogaltaar. De spikdoorn werd gekapt en de twaalf beste werklieden van de streek werden aangesteld om met de bouw te starten. Een dertiende werkman was wel telkens aanwezig bij de werkzaamheden, maar nooit bij de maaltijden en bij de uitbetaling van het loon. Het was de Heer zelf die zonder tegenprestatie meehielp aan het heiligdom. Deze ontstaanslegende werd omstreeks 1405 in een houten retabel gebeiteld.

Volgens de aloude bedevaartvoorschriften ziet het programma van de processie eruit als volgt. Eerst driemaal om de kerk lopen alvorens ze te betreden voor de hoogmis om 10.00 u. Daarna begeleidt de kleurrijke optocht het 14e-eeuwse beeld van de Goddelijke Zaligmaker door de straten, veldwegen en de akkers waar het graan en de gewassen al zijn opgeschoten, naar het altaar op de Tiense Berg. Als hoogtepunt galopperen de paarden driemaal in volle vaart om het altaar en de menigte heen, want de legende wil dat de vertrappelde veldvruchten een rijke oogst zullen voortbrengen. Na de zegening door de priester trekt iedereen terug dorpwaarts.

Eeuwenoud erfgoed en een feestelijk spektakel om te koesteren.

O ja, voor het eerst werd er in 2023 ook een ponygalop gehouden …