Wist u dat de eerste mobiele discotheken Belgisch waren?

30/03/2020

Voeg aan het klassieke lijstje van Belgische paradepaardjes als bier, chocolade, wafels en frieten gerust de unieke mobiele danspaleizen van de Kempische familie Klessens toe. De jongste generatie heeft met zijn nostalgische spiegeltenten inmiddels de wereld veroverd.

De allereerste mobiele danssalons in België dateren van omstreeks 1900. De gebouwen met een interieur van ambachtelijk houtsnijwerk in eik of mahonie, soms in art-nouveaustijl, overvloedig kristal, gebrandschilderd glas, romantische en knusse zithoekjes van rood velours met gouden stiksels rondom een ronde dansvloer, een antieke bar en de fonkeling van soms wel honderden facetgeslepen spiegels doken op zowat elke kermis op. Nachtbrakers, fuifnummers en hartendieven waren er kind aan huis na de eeuwwende. Dankzij die spiegels maakten ze gemakkelijk oogcontact met gelijkgestemde zielen.

De stamvader van het familiebedrijf dat nu nog actief is, was de Nederlander Willem Klessens. Hij stak in 1912 de grens over en verdiende zijn brood als wagenmaker-schrijnwerker in Lommel. Maar zijn ware passie lag elders. Na zijn huwelijk met Amelia Kaers opende hij een café-danszaal. Zijn zaak miste naar eigen zeggen uitstraling en dat wou hij compenseren met de aankoop van een dansorgel uit Antwerpen. Tot zijn verrassing zat er in het pakket ook nog een heuse bijpassende danstent. Het orgel kwam in de danszaal, maar omdat hij voorlopig geen raad wist met de tent deponeerde hij die maar in een loods achteraan in de tuin. Met de volgende editie van Lommel-kermis besloot hij de tent uit de loods te halen. Een daverend succes en het prille begin van spiegeltentenbedrijf Klessens.

Die allereerste tent werd in 1920 gerestaureerd en Kempisch Danspaleis gedoopt. In 1930 haalde de tweede generatie Klessens Nova Danssalon erbij. Later werd zelfs een groot Decap-dansorgel geïnstalleerd. Na de Tweede Wereldoorlog groeide met de opkomst van livemuziek de vraag naar spiegeltenten explosief, met ronkende namen als De Lust, Bon Vivant, Cristal Palace, Majestic, Teatro Colombino, Carrousel, The Carrousel, Magic Cristal, Victoria, Pigalle en Queen of Flanders. Elk met hun eigen karakter, charme en sfeer. De beste orkesten uit binnen- en buitenland wilden hun muziek in tenten brengen. Het waren een soort levende jukeboxen.

De derde en de vierde generatie Klessens reizen niet meer alleen van kermis naar kermis, maar zochten nieuwe horizonten op, tot in het verre buitenland toe. Het volksvermaak van weleer wordt nu ook gesmaakt door organisatoren van de meest uiteenlopende evenementen: festivals, concerten, swingende bedrijfs- en privéfeesten, jubilea, beurzen, circussen en zelfs door theaters voor een stijlvolle dinnershow.