De Compagnie des Bronzes in Brussel, kunst en industrie ineen

Letterlijk duizenden keren ben ik er al langs gelopen, zonder ooit echt te blijven stilstaan. Tot ik besloot het ruiterstandbeeld van koning Albert I in de tuin van de Kunstberg bij het Centraal Station in Brussel eindelijk ’s van dichtbij te bekijken. Cie des Bronzes – La Fonderie – Bruxelles kon ik nog net lezen op de zijkant van de voet. Mijn belangstelling was gewekt. Wat is het verhaal achter die Brusselse bronsgieterij? En is er iets van overgebleven?
In de eerste helft van de 19e eeuw kwam de industriële revolutie in het nog jonge België goed op gang. Het kanaal Brussel-Charleroi, dat het steenkoolbekken rond Charleroi verbond met Sint-Jans-Molenbeek aan de westelijke rand van Brussel , werd in 1832 in gebruik genomen. Geleidelijk schoten fabrieken en werkplaatsen er als paddenstoelen uit de grond. Belangrijke activiteiten waren bier, textiel en metaal. Het landbouwdorp raakte al snel bekend als het Belgische Manchester, de textielstad in Engeland waar het gehamer en gesis van allerlei machines nooit van de lucht was.
Monumentale standbeelden
In 1854 werd in de Stormstraat, vlak bij de Sint-Michiels- en Sint-Goedelekathedraal hartje Brussel, het kleine familiebedrijf Cormann et Compagnie opgericht. Het verhuisde in 1862-1863 naar de Ransfortstraat 27 in Sint-Jans-Molenbeek. Vanaf 1878 heette het officieel La Compagnie des Bronzes.
Aanvankelijk vervaardigde en verkocht het bedrijf vooral goedkope voorwerpen in zink, zoals lampen. Dankzij nieuwe en betere productietechnieken, de opkomst van de burgerij en bestellingen uit binnen- en buitenland breidde de decennia daarop het aanbod aanzienlijk uit: zink voor gebouwen, kunstwerken in zink, brons, ijzer en andere metalen zoals luchters, kandelabers, vazen en lantaarns, meubels, bronzen luxevoorwerpen als schoorsteengarnituur, industrieel brons, gasleidingen, fittings, toestellen voor openbare en daarna particuliere gas- en elektrische verlichting … en niet te vergeten: de bustes, fonteinen en monumentale standbeelden die straten, pleinen en parken sieren. Om zich in de ogen van de Belgen en het buitenland een eigen identiteit aan te meten wilde de jonge natie vooral grote namen uit het heden en het verleden in brons vereeuwigen: koningen, edellieden, staatsmannen, vrijheidsstrijders, kunstenaars, wetenschappers, letterkundigen, industriëlen … De statuomanie sloeg wild om zich heen. Monumentale, maar ook bescheidener, beelden werden met honderden – of waren het er duizenden – in het beeldhouwatelier, de smelt-, de bronsgiet- en de montagehal van de Compagnie des Bronzes vakkundig vervaardigd. Het orderboekje puilde uit.
Maar vanaf 1960 kwam de klad erin; brons raakte uit de mode. Tot in 1979 de Compagnie des Bronzes ter ziele ging. Nu vindt u er het Brussels Museum voor Arbeid en Industrie – La Fonderie, zeer de moeite waard.
Spoor zelf de vele meesterwerken van de bronsgieterij maar op, van Zweden tot Canada en van Bolivia tot Australië.