de Belgische strip bulkt van de heldinnen?

03/03/2021

 

 

Hoewel vrouwen altijd al in het Belgische stripverhaal zijn voorgekomen – denken we aan Wiske, Suus, Bianca Castafiore of juffrouw Jannie – dan traden ze samen op met de mannelijke helft van het duo of min of meer in een bijrolletje. Te vermelden zijn ook de overgangsheldinnen, die van bijkomstig figuur uitgroeiden tot volwaardige heldin. Zoals Seccotine, een onderzoeksjournaliste altijd uit op een primeur, een creatie van Franquin uit 1953. Pas in 2007 wordt zij het hoofdpersonage in een Robbedoes-album, Het Graf van de Rommelgems. Of zoals Smurfin, die Peyo in 1967 creëert en die steeds vaker op de voorgrond treedt in de avonturen van de smurfen tot ze er de ster van wordt.

Het is echter wachten tot eind de jaren ’60 voor de heldinnen zelfstandig zijn en tot hun recht komen. Baanbrekers zijn: Comanche, een jonge grootgrondbezitster in het Amerikaanse Wilde Westen (1969), Natasja, de luchtstewardess (1970) en Yoko Tsuno, de Japanse elektronica-ingenieur (1970). Sindsdien doken onafgebroken heldinnen op in 50 jaar Belgische 9e kunst. In 1979 verscheen in het stripblad Kuifje Aria, de middeleeuwse krijgsvrouw die opkomt voor de zwakken, van Michel Weyland. Melisande, de heks met het gestaalde karakter uit 1995 van Clarke en François Gilson, telt al 24 albums. Van 2001 tot 2016 volgen we in de stripreeks Djinn de avonturen van Jade. Kriss van Valnor speelt een eersterangsrol in meerdere avonturen van Thorgal, een strip over fantasyheldendom op een achtergrond van Scandinavische mythologie. Sinds 2018 volgen we gepassioneerd in Les Louves van Flore Balthazar het traject van verzetsvrouwen tegen de Duitse bezetter uit La Louvière.

Volstaat dat als bewijs dat ook vrouwen zich in de Belgische strip in de kijker lopen?