Marsverkenning: de Belgen helpen de NASA
De NASA sloot onlangs een samenwerkingsakkoord met het von Karman Instituut (VKI). Dit onderzoeks- en opleidingsinstituut is al 65 jaar gespecialiseerd in vloeistoffendynamica.
Dit instituut, gevestigd in het Vlaams-Brabantse Sint-Genesius-Rode, dankt zijn naam aan de Hongaars-Amerikaanse fysicus Theodore von Karman, die berekende vanaf welke hoogte de aardatmosfeer te zwak wordt voor luchtvaarttoepassingen. Nadat hij 30 jaar in de Verenigde Staten had gewoond en bijgedragen had aan het ruimtevaartprogramma van de geallieerden tijdens de Tweede Wereldoorlog, verhuisde hij naar Sint-Genesius-Rode.
Het instituut geniet wereldwijd faam voor de studie van de vloeistoffendynamica, dus de manier waarop gas en vloeistoffen zich verplaatsen. Zijn cruciale expertise in de lucht- en ruimtevaart en siderurgie maakt dat hij samenwerkt met grote spelers van wereldbelang, zoals Bekaert, Umicore, Airbus, Sonaca, ArcelorMittal, General Motors en last but not least de NASA. Al jaren werkt die laatste samen met het instituut door bijvoorbeeld promovendi uit te wisselen. Maar nu is de samenwerking structureel en de inzet aanzienlijk.
Mars duikt op aan de horizon
Het von Karman Instituut gaat rekenmodellen ontwikkelen en de hittebestendigheid van hitteschilden van ruimtevaartuigen testen. Zo zullen de VKI-teams hun partners bij de NASA helpen ervoor te zorgen dat ruimtevaartuigen hun gevaarlijke terugkeer in de dampkring van de aarde beter aankunnen.
Belgische expertise op weg naar Mars en wie weet Venus en Uranus!