KU Leuven springt in de bres voor witloof, een Belgische parel
Tot in de jaren ’70 teelde men witloof in volle grond, meestal op z’n knieën. Vandaag is er vooral hydrowitloof, dat veel makkelijker te telen is. Jammer genoeg raken daardoor honderden soorten in de vergetelheid. Maar dat is buiten de KU Leuven gerekend, die er alles aan doet om dit stukje cultureel erfgoed te redden.

‘Het is vijf voor twaalf voor de instandhouding van witloof in al zijn verscheidenheid’, onderstreept professor Bram Van de Poel van de KU Leuven. Met de financiële steun van de provincie Vlaams-Brabant legde hij onlangs in de universiteit een zadenbank aan, in de hoop minstens 200 soorten voor de volle grond en ruim 1.000 voor de hydrocultuur bijeen te brengen.
Hij wil met zijn team in Vlaanderen de boer op om in schuren en op zolders van vroegere ‘witlooftelers’ te gaan snuffelen naar kostbare witloofzaden, decennia terug achtergelaten in oude koekjesdozen of gewoon in krantenpapier. ‘De witloofbibliotheek is een prachtig project. Het doet een beroep op ons nationale eergevoel. Wij willen de rijkdom van het Belgische witloof in stand houden’, gaat professor Van de Poel enthousiast voort.
Die bibliotheek dient ook een wetenschappelijk en economisch doel. Want door de eigenschappen en het genoom van planten in kaart te brengen, kan je de genetische diversiteit van witloof bestuderen. Dat levert onmisbare kennis op om oplossingen te vinden voor de ziekten bij deze groente en om de dalende opbrengsten tegen te gaan. ‘Het DNA van oude witloofsoorten kan helpen’, bevestigt de professor. ‘We hopen zo veel mogelijk witloofzaden te verzamelen. Hebt u nog ergens een zak staan? Kent u gepensioneerde witlooftelers?’, vraagt hij hoopvol.