In het brein van astronauten
De UA startte samen met de Université de Liège een studie op die de fysieke veranderingen verklaart in het brein van astronauten na een ruimtevlucht.
Met een nieuwe beeldvormingstechniek gebaseerd op MRI-scans (beeldvorming door magnetische resonantie) van het brein van astronauten die de voorbije jaren zijn meegevlogen met het Internationaal Ruimtestation (ISS) deden Belgische wetenschappers belangrijke ontdekkingen.
UA-hoogleraar Ben Jeurissen: ‘We vonden de eerste aanwijzingen van neuroplasticiteit, het vermogen van het brein om zich aan te passen aan een gewijzigde omgeving of situatie. Er verandert iets in het brein om in een gewichtloze toestand aangepaste bewegingsstrategieën mogelijk te maken.’
Concreet merkten de onderzoekers dat het hersenweefsel her en der toeneemt in de zones die een rol spelen bij de motorische functie. De neuroplasticiteit is er zeven maanden na terugkeer op aarde nog gedeeltelijk, wat wijst op een blijvend leereffect.
Floris Wuyts, medeonderzoeker van de UA aan deze studie, noemt deze ontdekkingen belangrijk voor langdurige ruimtemissies in de toekomst, zoals die naar Mars.