Befaamde circuit van Spa-Francorchamps bestaat 100 jaar
In 1921 bedenken twee hartstochtelijke fans van mechanische sporten, Jules de Thier en Henri Langlois van Ophem, het parcours, dat aanvankelijk net geen 15 km lang was. Al na enkele jaren worden er twee van de grootste snelheidswedstrijden gereden die met de tijd uitgroeien tot internationaal befaamde mythische races: de 24 Uur van Spa-Francorchamps in 1922 en twee jaar later de Grote Prijs van België.

Eerst was het circuit ongeveer driehoekig en verbond het de drie plaatsen Spa-Francorchamps, Malmedy en Stavelot over bestaande wegen die buiten de wedstrijden toegankelijk waren voor het gewone verkeer. Maar pas in 1939 werd de bekende Raidillon aangelegd, die zeer steile bocht van de Eau Rouge die de wedstrijden extra pit gaf en het circuit mee wereldberoemd heeft gemaakt. Terwijl ’s werelds toppiloten er vandaag dikwijls tegen elkaar racen, ging het er in het begin veel discreter aan toe. In die mate dat de eerste autowedstrijd, gepland voor augustus 1921, baan moest ruimen voor een motorwedstrijd, omdat er geen concurrenten opdaagden (amper één autopiloot ingeschreven!).
Van alle legenden van ‘de roetsjbaan van de Ardennen’ gaat de zegepalm naar de Duitse kampioen Michael Schumacher, die zijn 7e en laatste wereldtitel won op het naar eigen zeggen ‘mooiste circuit ter wereld’. In de Grote Prijs van België prijkt hij naast Ayrton Senna, Jim Clark, Juan Manuel Fangio, Lewis Hamilton, Jacky Ickx en Jérôme D’Ambrosio.