De Unesco heeft de muziekkunst van het jachthoornblazen erkend als immaterieel werelderfgoed. Het jachthoorn is een blaasinstrument van koper of messing en wordt gebruikt om de verschillende situaties tijdens de jacht met lange of korte, hoge of lage tonen aan te geven.
Wie bij ons jachthoorn zegt, denkt onmiddellijk aan de Ardennen. Nochtans telt België 14 groepen jachthoornblazers in Wallonië en Brussel en 8 in Vlaanderen.
Traditioneel zijn dit instrument, de jachtactiviteiten en de patroonheilige van de jacht onafscheidelijk met elkaar verbonden. Dat is zeker zo in Saint-Hubert, de stad die naar de patroonheilige van de jacht, Sint-Hubertus, is vernoemd. Sinds de 9de eeuw wordt hij er speciaal gevierd op zijn feestdag op 3 november. Bij die gelegenheid worden de jagers, hun honden en paarden, die allemaal zijn bescherming genieten, gezegend. Op deze ceremonie mag een overweldigend jachthoornconcert uiteraard niet ontbreken.
Ook Brussel is er steeds bij om de heilige te eren. Sinds 1983 huldigt de groep jachthoornblazers van de Cercle Royal Saint-Hubert (Koninklijke Sint-Hubertuskring) elk jaar op 3 november zijn patroonheilige, apostel van de Ardennen en brenger van beschaving in de Onze-Lieve-Vrouw-ter-Zavelkerk.
In Vlaanderen weerklinken eveneens de jachthoorns. Elk jaar wordt in de beboste regio van Wiemesmeer nabij Zutendaal twee weken lang de slipjacht gehouden; een gedroomde gelegenheid voor de jachthoornblazers “Gezellen van Sint Hubertus”, die in vol ornaat hun muziek ten gehore brengen.
De muziekkunst van de jachthoornblazers sluit zo aan bij de cultuur van het bier, de Ommegang van Brussel, het Carnaval van Binche, de garnaalvisserij van Oostduinkerke, de ‘Marches de l’Entre-Sambre et Meuse’ (folklorestoeten tussen Samber en Maas) … bij het immaterieel werelderfgoed van de Unesco.