‘Retourtje Château royal d’Ardenne a.u.b.’ – ‘Sorry, u komt 100 jaar te laat.’

26/10/2021

Tot in 1919 was Château royal d’Ardenne in Houyet, nu nog bekend als la gare royale of la halte royale, de privéaankomstplaats van prinsen en andere prominenten uit de vier windstreken op weg naar het gelijknamige prestigieuze luxehotel, door Alphonse Balat gebouwd in 1874 in opdracht van koning Leopold II. Van het koninklijk domein rest er weinig meer dan dit voormalige station.

Even ten zuiden van het dorpscentrum van Houyet, in de provincie Namen, ligt pal verloren langs de Lesse een vierkanten gekanteelde toren van kalksteen te dromen in het groen van de Ardennen. Eromheen slingert zich een spiraalvormig 200-tal m lang pad omhoog, naar het bos. Daar loopt het uit op een weg vol haarspeldbochten die leidde naar de eindbestemming helemaal boven op de heuvel: het Château royal d’Ardenne. Alleen een voorbijrijdende trein op de vlakbij gelegen lijn Dinant-Bertrix komt nu en dan de stilte verstoren. Wat een contrast ontegensprekelijk met donderdag 23 juni 1898, toen de eerste trein halt hield aan het inmiddels opgebroken perron. De stoomtreinen puften het station binnen, de bagage van de hoge gasten werd met veel drukte en rumoer uitgeladen en zelf stapten zij over in een koets op weg naar een heuglijk verblijf in het kasteel-hotel. Luxe op 150 m hoogte.

 

Het hotel kreeg het zwaar te verduren door oorlogsperikelen, economische malaise, veronachtzaming en vooral een verwoestende brand in 1968. Er blijft niets meer van over. Het ontmantelde station daarentegen trotseert de tijd.