Belgische kwaliteitskeuken in een aantrekkelijk decor
La Taverne du Passage, een van de historische parels van het Brusselse culinaire erfgoed, is weer open. Dit legendarische adres, op een steenworp van de Grote Markt in de prachtige Koninklijke Sint-Hubertusgalerijen, heeft een nieuwe start gemaakt en staat er meer dan ooit.
Het huis opende in 1928, in de dolle jaren. De tijd van de charleston, de vrijgevochten dames en platte hoeden. De Taverne, hoewel ze met succes kiest voor moderniteit, wist een nostalgische toets te behouden, wat haar zo uniek maakt en haar die art-decocharme geeft. Eerste indruk na de renovatie: er is veel meer licht. Het meubilair is nieuw en de lambrisering doet warm aan. Een schitterend decor op maat van enkele Brusselse Gatsby’s.
Antoine Mariscal, de jonge 30-jarige chef en Belgisch oud-tenniskampioen, kan evengoed overweg met de garde als vroeger met het racket. Na zijn vertrek bij Bruneau heeft hij zich de gerechten eigen gemaakt die het huis op de kaart zetten, niet door ze te verminken maar door er een andere draai aan te geven. De vaste klanten kunnen gerust zijn, want de klassiekers van La Taverne staan nog op de kaart: kroketten van grijze garnalen, gegratineerde uiensoep, vol-au-vent van Mechelse koekoek, maar ook kalfszwezerik, mergpijpje, wentelteefjes …
Weer springlevend en een festijn voor ogen én smaakpapillen.