Brusselse kunstschool La Cambre Mode[s], een succesverhaal
Iedereen heeft al wel gehoord van La Cambre Mode[s], die prestigieuze Brusselse modeschool. Maar hoe haar internationale succes vergeleken met ander modescholen te verklaren?

La Cambre werd in 1927 opgericht door de Antwerpenaar Henry Van de Velde. Aanvankelijk bood ze opleidingen tekenen, schilderen, beeldhouwen, fotograferen … aan. In 1986 voegde de Belgische modeontwerpster en hoogleraard Francine Pairon er een modeafdeling aan toe. In die tijd verkeerde de textielnijverheid in zwaar weer; de oprichting van de afdeling was haar manier om de crisis te lijf te gaan een haar steentje bij te dragen aan het instituut.
Vandaag hebben al heel wat luxemerken en haute-couturehuizen jonge gediplomeerden met talent van La Cambre Mode[s] in de arm genomen: Paco Rabane, Saint-Laurent … en recent Dries Van Noten, Chanel … om er maar een paar te noemen. De Frans-Belgische ontwerper Matthieu Plazy is een van de afgestudeerden van La Cambre Mode[s] met een al indrukwekkende carrière: Calvin Klein, CELINE … en nu ook Chanel.
Maar hoe komt het eigenlijk dat La Cambre Mode[s] vandaag als een prestigieuze modeschool van wereldfaam wordt beschouwd? Uiteraard geeft La Cambre Mode[s] haar studenten een technische opleiding, maar ze wil hen vooral de mode leren te herdenken, verder te kijken – een uitermate gedurfde visie te ontwikkelen. Emoties, boodschappen overbrengen, dat is haar motto. Ook hierdoor onderscheidt La Cambre Mode[s] zich van de rest: ze voert bij de start van het academiejaar een strenge selectie door. Er worden jaarlijks amper een twintigtal studenten toegelaten. In de andere scholen zijn de klassen vaak groter, 80 à 100 studenten, waardoor lesgeven een stuk minder ongedwongen is.