Amélie Nothomb doet haar vader herleven

08/09/2021

In haar dertigste boek, Premier sang, geeft Amélie Nothomb haar vader het woord, die vertelt over zijn kindertijd, zijn jeugd en zijn prille carrière als diplomaat. Zo laat ze de man herleven die ze, door de coronalockdown in Parijs, niet naar zijn laatste rustplaats kon vergezellen.

Het verhaal begint bijzonder aangrijpend, waar de ik-figuur zijn gedachten uitspreekt. Terwijl Congolese rebellen hem naar zijn executieplaats brengen, wordt hij maar net gered, maar intussen is hij gaan beseffen hoe kostbaar het leven is.

 

Dan wordt hij weer het driejarig kind, de vaderloze wees met een amper aanwezige moeder. Zijn grootouders van moederszijde voeden het joch overbeschermd op, in een chique Brusselse buurt. Vlak voor hij naar de lage klas gaat, besluit zijn grootvader hem naar de Nothombs te sturen ‘om hem te harden in het leven’. Stamvader Pierre, een povere gelegenheidsverzenmaker, bij tussenpozen advocaat, leeft buiten de tijd, in zijn kasteel in Pont d’Oye diep in de Ardennen. Hij leert er wat honger is maar ontdekt een leven in de natuur, zó zalig dat het naar meer smaakt.

 

Na zijn middelbare school studeert hij rechten in Namen. ‘Welsprekend en hoffelijk’ als hij is, drijft men hem naar de diplomatie. Hij start zijn loopbaan dus op het ministerie van Buitenlandse Zaken. Hij is al getrouwd en vader van twee kinderen wanneer zijn bazen hem als consul naar Stanleyville sturen. Daar wordt hij samen met zowat 1.600 lotgenoten gegijzeld.