België wuift telegram uit
Na 171 jaar trouwe dienstverlening is het telegram nu ter ziele. Op 29 december zette de Belgische operator Proximus immers een punt achter de telegramdienst, die stilaan werd weggedrukt door de hedendaagse en veel goedkopere technologie.
In 1846 werd de eerste elektrische telegrafieverbinding in gebruik genomen langs de spoorlijn Brussel-Antwerpen. Meteen was het telegram een feit, een dienstverlening van de RTT (Regie van Telegrafie en Telefonie) om spoedberichten te versturen. Zo heeft de Titanic met een telegram hulp gevraagd na zijn aanvaring met de ijsberg en ook geboortes, huwelijken of overlijdens werden met een telegram aangekondigd, vooral in tijden van oorlog.
Met de tijd en de technologische vooruitgang kreeg het telegram concurrentie van andere, toegankelijker en geavanceerder, communicatiemiddelen. Zodanig zelfs dat vandaag de dag 15 à 20 euro betalen om een twintigtal woorden te versturen aan het belachelijke grenst. Nochtans, voor wie een wettig verzendbewijs nodig heeft, bijvoorbeeld gerechtsdeurwaarders, is het telegram daarentegen een voordelige keuze.
Maar die weinige gebruikers hebben de achteruitgang van het in de jaren ’60 nochtans zo populaire telegram niet kunnen tegenhouden. Geleidelijk liep in België het aantal telegrammen terug van anderhalf miljoen in de jaren ’80 naar 50.000 in 2010 en uiteindelijk naar 8.000 in 2017. Voor Proximus het signaal om de dienstverlening stop te zetten.
Hoewel in 2013 de verplichting was weggevallen, bleef België deze openbare dienst ondanks alles aanbieden. Andere landen daarentegen hadden al langer geleden besloten ermee op te houden, met name de Verenigde Staten, India of Groot-Brittannië, het allereerste land ter wereld dat een telegram verstuurde. Desondanks doet in Spanje, Italië en Argentinië het telegram het, op de achtergrond, nog altijd vrij goed.
België houdt het telegram, destijds een revolutionair communicatiemiddel, in elk geval voor gezien. Einde telegram. Stop.